Wat zou je zelf liken?

Het platform Congressen van CLC-Vecta houdt op 27 maart de deelnemers van ‘What’s now and next’ in beweging. Mobiele huiskamers van Jan Verhuur zijn rondom de ruimte geplaatst en vormen om de beurt het decor van een gesprek. De toehoorders dienen hun stoel te verplaatsen om met hun gezicht richting het volgende ‘podium’ te zitten.

Deze derde editie van de jaarlijkse bijeenkomst waarin CLC-Vecta haar leden uit de congresbranche nieuwe ontwikkeling voorschotelt, kent een andere opzet dan de voorgaande. Toen mochten aanbieders hun innovatieve producten en diensten pitchen. Dit keer komen er ontwikkelingen aan bod die niet altijd een directe link met de congresbranche hebben en als presentatievorm is er gekozen voor interviews. Aan Nico Meyer van MeetingMonitor de schone taak om de diverse (ervarings)deskundigen in een kwartiertje hun verhaal te laten doen en ervoor te zorgen dat er altijd link wordt gelegd naar de congresbranche. Dit laatste is soms lastig, maar Meyer vervult zijn rol als interviewer met verve.

Rondomfotografie

We beginnen in een kroeg. Jan Verwoerd en Jimmy Zagwijn van 360graden fabriek vertellen over de ontwikkeling rondom virtual reality en andere (semi)digitale werelden. Wat wij VR noemen is in de meeste gevallen 360-gradenfotografie, zo blijkt. Het genereren van een echt andere realiteit kan alleen met zeer krachtige computers. De rondomfotografie wordt momenteel vooral ingezet om evenementen vast te leggen, zodat die blijven voortleven op internet. De virtual reality tours van vtwonen-evenementen en -interieurs scoren heel goed, vertelt eventmanager hoe heet ze ook al weer. Gemiddeld wandelen websitebezoekers meer dan zeven minuten door de 360º-beelden en klikt veertig procent op een hartje.

In het decortje ernaast, met vliegtuigstoelen, worden drie generaties vrouwen geïntroduceerd. Nicolette van Erven, Juliette Kromwijk en Yvonne Nassar mogen na elk interview vertellen hoe zij denken dat hun eigen generatie aankijkt tegen de gepresenteerde ontwikkelingen. Het vormt een originele rode draad door de middag, al blijken de verschillen klein.

Congrestival

In een Hawaiiaanse setting vertelt Patrick van der Schaaf van Cognicum over het fenomeen congrestival. Hij organiseerde in 2015 zo’n congres in festivalsetting voor de zorgsector. In de zorg zijn veel bijeenkomsten, met vaak ook dezelfde sprekers. Dan is het een uitdaging om een congres te organiseren dat in het geheugen van de deelnemers blijft hangen. Het Zorginnovatie Congrestival bleek een groot succes. Door mensen in een andere setting te zetten dan ze gewend zijn en het luchtiger karakter van het congres, komt er meer verbinding, stelt de organisator.

Online communicatieregisseur Oliver de Leeuw mag vertellen over social marketing bij congressen. Vanuit zijn bedrijf Nameshapers was hij onder meer betrokken bij Startup Fest en TEDxAmsterdam. Hij verbaast zich over de grote discrepantie tussen wat organisatoren posten en hetgeen ze zelf op social media consumeren ‘als ze op de wc aan het scrollen zijn’. Wat zou je zelf liken, is volgens hem het beste vertrekpunt voor elke social media campagne.

Even schakelen

Na twee onderwerpen die dicht bij de dagelijkse congrespraktijk staan is het even schakelen als we in de abstracte wereld terechtkomen van Sandjai Bhulai, hoogleraar Business Analytics aan de Vrije Universiteit van Amsterdam. Gezeten in een kappersstoel vertelt hij over de (toekomstige) mogelijkheden met (big) data. Hij raakt het publiek pas echt als hij vertelt over het monitoren van de lichamelijke en geestelijke gesteldheid van congresdeelnemers, via hun smartphones en wearables of op afstand met camera’s. Daar ziet de zaal wel praktische toepassingen voor.

Marieke Dik, eigenaar van Findig, houdt enthousiast een pleidooi voor meer eventdesign; het aanpassen van de vorm, zodat de deelnemers ander (het gewenste) gedrag gaan vertonen. Haar vraag: Als je zelf aan een slaapverwekkend congres hebt deelgenomen, kan het toch niet zo zijn dat je vervolgens voor jouw klant zo’n zelfde soort bijeenkomst organiseert? Nog een gevalletje van ‘wat zou je zelf liken’ dus. Het zijn vaak kleine dingen die de totaalbeleving kracht bijzetten, benadrukt Dik. Je moet er alleen even voor gaan zitten.

Toastjes tonijn

Ynzo van Zanten, Chief Evangelist bij Tony’s Chocolonely, spreekt in de American Diner zijn verbazing uit over organisatoren die geen kraanwater aanbieden of met uitsterven bedreigde tonijn op toastjes serveren (‘op een duurzaamheidscongres nog wel!’). Houdt alles even tegen het licht van duurzaamheid, is zijn advies. Ook hier zijn het de kleine dingen die het doen.

Bij de laatste geïnterviewde, Here, There & Everywhere CEO Gertjan Meeuws, is het weer even zoeken naar een link met de congresbranche. In zijn overtuiging is indoor farming, gecontroleerde groenteteelt in gebouwen in en om de stad, de meest duurzame manier van voedselproductie. Je zou uit zijn verhaal kunnen destilleren dat een (vroegtijdige) planmatige aanpak van de catering helpt om  verspilling tegen te gaan. Of dat als je een toekomstvisie hebt vooral door moet zetten, want Meeuws is er van overtuigd dat hij – met vallen en opstaan – zijn gelijk gaat krijgen.

En daarmee hebben we ons rondje langs de trends, toekomstperspectieven en mobiele huiskamers gehad en laten we de bijzondere setting van de rauwe Utrechtse De Fabrique achter ons.