Beurzen
Een enkele keer lees ik een nieuwsbericht waarbij ik tegelijk ‘oei!’ en ‘hoera!’ denk. Laatst nog, toen ik las dat de klimaatactiegroep Extinction Rebel een protestactie plant tijdens het Autosalon in Brussel.
Goed nieuws, – want het Autosalon wordt eindelijk erkend in zijn rol als belangrijk(ste) (Belgische) live platform voor mobiliteitsdiscussie. En ook oei, – want Extinction Rebel hebben in geen tijd een reputatie van bijzonder taaie jongens opgebouwd.
Het is niet de eerste keer dat een beurs af te rekenen krijgt met actievoerders. In sommige gevallen is dat enigszins begrijpelijk. DSEI, de grootste wapenbeurs ter wereld, is voor actiegroepen net zo’n vaste afspraak als voor de wapenfabrikanten en hun Saoedische klanten. Voor organisator Clarion is het lossnijden van vastgeketende actievoerders een variabele, maar gebudgetteerde onkost. Exposanten weten – en accepteren zonder morren – dat de beurs een halve dag later dan gepland kan opengaan.
In andere gevallen is de live tegenwind van actievoerders eerder onverwacht. De visserijvakbeurs European Seafood Exposition krijgt regelmatig protestgroepen op de pui die tegen overbevissing van de wereldzeeën zijn. Op de jongste editie van de reisvakbeurs International Travel Market hadden actievoerders het gemunt op cruiseschepen. Sommige actievoerders wilden een volledige ban op cruises, andere groepen wilden cruiseschepen weg uit hun eigen stad en haven. Niet onbelangrijk: voor de cruisemaatschappijen was het protest het signaal om écht werk te maken van een duurzamer businessmodel.
Terug naar het Autosalon, dat eigenlijk Brussels Motor Show heet. Tien jaar geleden heeft het evenement met succes de hak- en snoeironde bij de Europese autoconstructeurs doorstaan, – malgré soi.
Je kan over de Brussels Motor Show en organisator Febiac vanalles beweren, maar niét dat het een club is die uitblinkt in transparantie of wendbaarheid. De wijze waarop het Autosalon zich in allerlei bochten probeert te wringen om de aandacht weg te leiden van dat ene grote probleem – een auto is niét goed voor het milieu – werkt op de lachspieren. ‘What’s next?’, dacht ik toen ik las dat deze editie in het teken van de zachte mobiliteit staat, ‘Thierry Baudet die beweert dat ie eigenlijk boeddhist is?’
Een beurs is geen parlement. Hoeft het ook niet te worden.
Maar wanneer je als organisator ziet, hoort of voelt dat jouw markt in het hart van het maatschappelijk debat staat, dan moet je iets ondernemen. Zie je het als een uitdaging of een obstakel, dan sluit je met de actoren in dat debat een deal: die dag mogen jullie drie uur roeptoeteren aan die en die ingangen van de beurs (en daarna opzouten). Ofwel zie je het als een opportuniteit: je gaat met actievoerders in dialoog, geeft ze een plek in je marktplaats en werkt samen aan een koers waar beide partijen zich kunnen in vinden. Wedden dat die tweede tactiek op middellange termijn de meest vruchtbare is?
Er zijn nog geen reacties.
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.