Nederland moet constant blijven investeren in de digitale infrastructuur om relevant te blijven als internationale congresbestemming

Nederland behoort wereldwijd tot één van de digitale koplopers. De ontwikkelingen in dit vakgebied gaan echter heel hard en het lijkt er op dat belangrijke investeringen vertraging oplopen. Conference Matters vroeg het Postillion expertpanel hoe belangrijk het digitale vestigingsklimaat is voor de congressector.

Eric Bakermans
Director Marketing Meetings & Conventions NBTC

“Helemaal eens met de stelling en ik wil dat graag opdelen in vier onderdelen: concurrentievoordeel, innovatie, toegankelijkheid en duurzaamheid. Als Nederland blijft investeren in de digitale infrastructuur, dan behalen we een concurrentievoordeel ten opzichte van andere bestemmingen die niet over die vergelijkbare mogelijkheden beschikken.

Daarnaast kun je als je een goed ontwikkelde digitale infrastructuur hebt, ook innovatieve technologieën ontwikkelen en deze implementeren voor een betere congreservaring. Ik denk dan bijvoorbeeld aan virtuele of hybride congreservaringen.

Bij toegankelijker worden gaat het om betrouwbare internetverbindingen. In Europa kun je gewoon voor je eigen tarief online. Maar mocht dat niet zo zijn, dan moet je ook kunnen vertrouwen op een uitstekende wifi-verbinding in de accommodatie. En veel mensen hebben tegenwoordig meerdere devices bij zich. 5G is nu de standaard, maar dat is niet overal geoptimaliseerd.

Tot slot duurzaamheid gekoppeld aan een digitaal sterke infrastructuur. Je kunt bezoekers aanmoedigen om virtueel deel te nemen aan evenementen en congressen in plaats van er naartoe te reizen. Maar ik maak daarbij echt wel een sterk voorbehoud, want tussen het aanbieden van content face-to-face versus online zit een groot verschil. Online is toch echt iets meer dan een camera op de spreker zetten en meekijken. Ik denk dat mensen in ieder geval zorgvuldiger een afweging zullen moeten maken naar welk event ze af willen reizen.

NBTC heeft een visie ontwikkeld voor meetings en congressen in Nederland die aansluiten bij de vier onderdelen. Wij willen graag mensen vinden die in staat zijn om een evenement te ontwikkelen dat bijdraagt aan de Nederlandse kenniseconomie. Het congres is niet een doel op zich, maar een middel om het doel te bereiken. Dat ontwikkelen we nu verder.”

Ana Alanís

Projectleider DITM (Digitale Infrastructuur voor Toekomstbestendige Mobiliteit) Brainport Eindhoven

“Welke rol digitale infrastructuur speelt, is afhankelijk van de sector. In het geval van het project ‘Digitale Infrastructuur voor Toekomstbestendige Mobiliteit’ (DITM) gaat het om de sectoren mobiliteit en energie en de schakel daartussen. Doel is de implementatie van een schaalbaar Cooperative, Connected, and Automated Mobility System (CCAM) en aansluiting op een betrouwbare energievoorziening. DITM wordt mede mogelijk gemaakt door het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat.

Het consortium voorziet in een integrale aanpak waarin ontwikkelingen vanuit de (internationale) automotive industrie, ICT-industrie, verkeersmanagement én mobiliteitsinnovatie samenkomen en worden gecombineerd. Met het project willen we de kansen van digitalisering en automatisering benutten en bijdragen aan de grote maatschappelijke opgaven rondom een veilig, betrouwbaar, efficiënt en duurzaam mobiliteits- en energiesysteem.

Via DITM kunnen de partners hun kennis- en productontwikkeling versnellen en Nederlandse bedrijven hun leidende positie in de waardeketen versterken. DITM moet Nederland in staat stellen om nationaal zijn maatschappelijke doelen te realiseren, internationaal zijn exportpositie te versterken en invloed uit te oefenen op internationale standaarden. Bovendien draagt het project bij aan het terugdringen van de miljarden aan jaarlijkse maatschappelijke kosten die samenhangen met verkeersveiligheid, files en de druk op het energienet.

In het verlengde van dit verhaal heeft de ontwikkeling rond DITM uiteraard ook invloed op andere sectoren, dus ook de congresbranche. Congressen zijn bovenal essentieel om diepgaande netwerken tussen publiek-private organisaties mogelijk te maken en om industriële ecosystemen vorm te geven.”

Bret Baas

Manager IT & Digital RAI Amsterdam

“Blijven investeren in de digitale infrastructuur doen wij bij RAI constant. Wij beslissen zelf welke techniek we allemaal gebruiken en dat verschilt vaak van andere partijen die dat allemaal uitbesteden. Het is voor ons een USP.

Wij schrijven soms ook af op onze investering, omdat we vinden dat we de modernste technologie in huis moeten hebben. De RAI wil een innovatiecentrum zijn voor alle klanten. Wij hosten met name internationale beurzen en congressen en daarbij moeten we voldoen aan de nieuwste dingen, zoals de nieuwste 5G-instellingen. Want de 5G die je op je mobiel hebt, noemen wij geen 5G. Dat moet naar een hoger niveau toe. Dat zetten wij al in gang. RAI was bijvoorbeeld ook de eerste in Europa met open roaming.

Om dat te bewerkstelligen werkt de RAI met key players in technologie. We kiezen bewust voor Cisco, waarmee we continu kijken wat er mogelijk is en of we kunnen opschalen.

Met de stelling kan denk ik iedereen het alleen maar eens zijn, al begrijp ik wel dat je als kleinere venue een dergelijke investering niet altijd kunt doen. Maar het kan niet zo zijn dat je bijvoorbeeld een congres over Wifi houdt en je een hele slechte verbinding hebt. In feite moet het publiek uit zijn stoel geblazen worden. Het wil niet altijd zeggen dat het 100 procent goed gaat bij ons, want aan technologie zitten ook bepaalde complexiteiten. Maar het moet wel je doel zijn.”

Jur Munnik

Manager Meetings & Events Postillion Hotels

“Het is in het algemeen zeer belangrijk dat we in digitale infrastructuur blijven investeren en Nederland koploper in Europa blijft. Zo blijven we ook congressen aantrekken voor topics over technologie. Als we het over de hele congressector trekken, is investeren in digitale infrastructuur ook wel relevant, maar ik denk niet dat het bovenaan het lijstje staat. Want er zijn nog verschillende andere topics die naar voren komen.

Vanuit mijn functie als Manager Meeting & Events houd ik me bezig met ondersteuning en aansturing van de commerciële teams op de locaties.
Het overzien van de offertes, het klantcontact hebben en de voorbereiding treffen voor een congres met de klant. Daarbij ben ik vooral gefocust op het verhogen van de conversie. Zorgen dat de systemen werken, dat alle voorwaarden voor zulke processen kloppen en nageleefd worden.

Op commercieel vlak is dat van groot belang: de juiste dingen, op de juiste momenten, met de juiste mensen doen. Postillion Hotels verdiept zich verder in Artificial Intelligence (AI). Wij hebben bijvoorbeeld een Artificial Intelligence Booking Tool. Dus jij stuurt een mailtje met je aanvraag en wij kunnen die binnen twee seconden bevestigen. Daarnaast worden onze CRM- en datasystemen steeds uitgebreider.

Als het gaat om de nieuwste digitale infrastructuur en bijvoorbeeld het online organiseren van congressen, weet ik niet of de klant dat per se van ons verwacht. Het moet gewoon allemaal goed werken, maar hoeft niet het nieuwste van het nieuwste te zijn.”

Henk Volberda

Professor of Strategy & Innovation aan de Faculteit Economie en Bedrijfskunde van de UvA, waar hij de Master Digital Business geeft

“Een goede digitale infrastructuur is ook heel belangrijk voor ons vestigingsklimaat. Dus voor het aantrekken van bedrijven. Maar als je dat wat breder trekt, is het natuurlijk ook heel erg belangrijk voor het aantrekken van internationale congressen.”

“Ik kom net terug uit Genève, waar ik het congres de Future Growth Summit heb bijgewoond. Er is een duidelijk snelle ontwikkeling waarbij de congressen van tegenwoordig niet meer alleen fysiek zijn. Het online-element en hybride model zijn ontzettend belangrijk geworden. Daarom moeten congreslocaties ook zorgen voor optimale digitale connecties.

Nederland is volgens cijfers van het World Economic Forum (WEF) uit 2020 een van de voorlopers in digitale infrastructuur. Ook zijn we koploper in remote working, dus hybride werken. Nederland doet het goed met e-commerce, cloud en big data. We hebben ook het voordeel dat we een knooppunt zijn van internetkabels. Die komen in Europa vanuit Amerika hier vanuit zee aan land.

Maar er zijn ook andere, meer recente Europese onderzoeken en rapporten, zoals de European Commission’s Digital Economy and Society Index, waaruit blijkt dat Noordse landen zoals Zweden en Finland het beter doen dan wij in digitale infrastructuur.

We moeten er daarom toch voor waken dat we achter gaan lopen, want de laatste tijd hoor ik experts klagen dat er een vertraging is als het gaat om nieuwe ontwikkelingen, met name de overgang naar 5G. Dat gaat veel te traag. Snel internet is juist ontzettend belangrijk voor onze basisinfrastructuur en om die digitale technologieën maximaal te laten renderen. Andere landen zijn daar veel verder mee.”