Buren gebroederlijk duurzaam in de woestijn

Over een jaar opent de 35e World Expo haar deuren in Dubai. Nederland wil er schitteren met een circulaire biotoop, maar ook onze buurlanden pakken duurzaam uit.

Tussen 20 oktober 2020 en 10 april 2021 vindt de 35e universele wereldtentoonstelling plaats in Dubai. Het is de eerste World Expo in het Midden-Oosten. Onder het thema ‘Connecting minds, creating the future’ presenteren 190 landen hun ideeën, innovaties en technologieën in vaak imposante paviljoens. Er worden 20 tot 25 miljoen zakelijke en particuliere bezoekers verwacht.

Vol overtuiging

In aanloop naar de vorige editie in Milaan werd laat en weifelend ja werd gezegd tegen deelname aan Expo2015. Tevens bleef budgettair de hand op de knip, met als resultaat een origineel, maar weinig imposant festivalterrein.
Dit keer doet Nederland echter vol overtuiging mee. Het principebesluit tot deelname werd al in 2017 door het kabinet Rutte-II genomen en in totaal wordt een bedrag van 19,4 miljoen euro geïnvesteerd. Het doel is om Nederlandse stakeholders uit de publieke- en private-sector een platform te bieden om zowel vooraf als tijdens Expo2020 Dubai hun netwerk en positie in de Golfregio te versterken.
Bedrijven uit ons land exporteren nu al voor meer dan 11 miljard euro naar landen in dat deel van de wereld, zo stelt het Ministerie van Buitenlandse zaken. En omgekeerd beleggen grote investeerders uit de Golfregio ook in Nederland hun geld.
De Nederlandse overheid ziet nog veel groeipotentieel in de Golflanden. Deze landen zijn wereldwijd de grootste verbruikers van water en energie per hoofd van de bevolking en voedsel wordt merendeels geïmporteerd. De behoefte is groot om deze problemen aan te pakken, in navolging van het toegenomen milieubesef elders in de wereld. Er is ook voldoende geld om hierin te investeren. Het ontbreekt echter vaak aan de kennis en kunde en daar liggen kansen voor Nederlandse bedrijven, wetenschappers en opleidingen die deze materie wel beheersen.

[rev_slider alias=”expo2020-dutch”]

 

Circulair klimaatsysteem

Om deze boodschap krachtig uit te stralen is het Nederlands paviljoen vormgegeven als een tijdelijke, levendige en op zichzelf functionerende biotoop midden in het droge woestijnklimaat. Het circulaire klimaatsysteem genereert een wereld waarin bezoekers zich kunnen onderdompelen in stilte, warmte, koelte, licht, duisternis, landbouw en water. Via deze sensorische ervaringen kunnen ze ontdekken wat er mogelijk is om het klimaat op een duurzame manier te beheersen.
Ook voor de bouw van het 3.727 m² grote paviljoen zelf worden circulaire principes toegepast. Het materiaalgebruik en de constructiemethode maken het mogelijk om alle materialen terug te geven of te recyclen nadat de wereldtentoonstelling is gesloten. Om het transport te minimaliseren, zal het hele paviljoen worden gebouwd met lokaal geproduceerde bouwmaterialen. Daarnaast bestaat het interieur uit gehuurde elementen. Alles met als doel om de ecologische voetafdruk van het paviljoen zo klein mogelijk te houden.
Aan de verdere invulling van de programmering wordt nog gewerkt.

[rev_slider alias=”expo2020-german”]

 

Campus Germany

Ondertussen is KoelnMesse – die de verantwoordelijkheid heeft gekregen voor de Duitse deelname aan de World Expo – zelfs al met de verdere invulling van het programma klaar. Ook het Duitse bijdrage heeft een focus op duurzaamheid, waarbij men met name de ‘Energiewende’ naar voren wil brengen als wereldwijde benchmark voor snelle transitie naar nieuwe energiebronnen.
Het hoofdthema is Campus Germany. Daarmee haken de Duitsers aan op het centrale thema van Expo2020 Dubai ‘Connecting Minds, Creating the Future’. Het paviljoen als campus staat voor de verbinding van kennis en inzichten om te komen tot innovatie.
Het door LAVA (Laboratorium voor Visionaire Architectuur) ontworpen paviljoen is een samenstelling van afzonderlijke ruimtes, omgeven door een verbindend atrium dat net zoals een park door de campus meandert. Het traditionele campusterrein is opgerold tot een verticale opeenstapeling. De combinatie van elementen beeldt het federale systeem en de diversiteit van industrie en onderzoeksectoren in Duitsland uit.

Interactieve labs

Het atrium is het echte hart van het paviljoen: een groene, open ruimte met verrassende perspectieven en panoramische uitzichten. Een plek waar veel dingen tegelijkertijd gebeuren – als onderdeel van de tentoonstelling, op het podium en in het restaurant. Verdieping in de sub-thema’s vindt plaats in de drie kubussen: het Energy Lab, het Future City Lab en het Biodiversity Lab.
De exposities en interactieve elementen zijn gericht op een breed scala aan particuliere bezoekers: jonge gezinnen, schoolkinderen, studenten in het hoger onderwijs, senioren, koppels, vrienden en alleenstaande reizigers.
Het eerste interactieve element waar bezoekers tegenaanlopen is een enorme ballenbak met 155.000 ballen. Door een bal op een scanner te plaatsen krijgt de bezoeker een korte presentatie te zien met een verhaal, een statistiek of een voorbeeld van Duitsland als duurzaamheidskampioen.
Aan het einde van de tour rest de grote finale in de Graduation Hall. Bezoekers kunnen op een schommelstoel gaan zitten en krijgen de taak om alle stoelen tegelijk te laten schommelen. De boodschap is dat je zelfs met de kleinste bewegingen (minimale actie) grote dingen kunnen bereiken als je het samen doet.

eSports Day

Deze zomer werd ook al het culturele programma ‘Culture Lab’, ontwikkeld door het in Frankfurt gevestigde bureau Voss + Fischer, gepresenteerd. Vele Duitse artiesten zullen optreden en ter viering van het 250-jarig jubileum van de geboorte van Beethoven, wordt het werk van de wereldberoemde componist door robots weer tot leven gebracht in klassieke, rock-, akoestische en elektronische uitvoeringen.
Ook de bezoekers zelf kun zich uitleven, zoals bijvoorbeeld in ‘Together we move’ danssessies onder leiding van dansstudenten; een concept dat ook in 2015 op Expo Milano uitzonderlijk goed werkte.
Duitsland presenteert zich ook als – virtueel en traditioneel – sport-en-spel-land. Tijdens de gamesessies zijn er interactieve games en competities voor iedereen, met sport, quizzen, bordspellen en behendigheidsspellen. Er zal ook een wekelijkse ‘eSports Day’ zijn, waaraan bezoekers kunnen deelnemen.

[rev_slider alias=”expo-2020-belgium”]

 

Smart & Green Belgium 2050

BelExpo treedt nog weinig naar buiten met uitgewerkte plannen rondom het Belgische paviljoen op de aanstaande wereldtentoonstelling. De nieuw gevormde organisatie weet de ogen op zich gericht omdat de financiële verantwoording over de vorige World Expo door haar voorganger volgens het Rekenhof niet door de beugel kon.
Het Belgisch paviljoen staat in het teken van ‘Smart & Green Belgium 2050’. Er worden vooral geavanceerde technieken en technologieën op het gebied van milieu gepresenteerd en er is extra aandacht voor de mobiliteit van morgen.
Het paviljoen is een co-creatie van Besix, de architectenbureaus Assar Architects en Vincent Callebaut Architectures, en de scenografen van Krafthaus. Creneau International staat in voor het ontwerp en de ontwikkeling van de retail- en horecaconcepten in het paviljoen.

Groene ark

Het gebouw is een groene ark, een combinatie van gebouw en tuin, wat symbool staat voor de unie tussen de federale staat en de gefedereerde entiteiten in België. Net als het Nederlands paviljoen betreft het hier een afval-neutrale ‘smart building’, geheel ontwikkeld met circulariteit als basisprincipe.
De architectuur van het paviljoen is zo ontworpen dat de bezoekers een zo groot mogelijke beschaduwde en geventileerde buitenruimte hebben. Een spiraalvorming gewelf overspant het oppervlak van het paviljoen en leidt de bezoekers als vanzelf naar de wandelpromenade die dwars door het paviljoen loopt. Ze is in de grond uitgegraven en onderstreept op die manier het effect van een omgekeerd eiland.
De CO2-uitstoot van het project wordt onder meer verminderd door de hangende tuinen. De tienduizend lokale planten creëren een oase in de woestijn en zullen naar verwachting gedurende de WorldExpo zo’n 35 ton CO2 opslaan. Daarnaast laten de planten door hun verdamping de gevoelstemperatuur met 3 tot 5 graden dalen.
Ook in het interieur staan natuurlijk licht en ventilatie, hernieuwbare energiebronnen en het slimme gebruik van water centraal. In het paviljoen komen onder meer winkels met Belgische souvenirs, ruimtes om culinaire specialiteiten te proeven, een zakencentrum en een gastronomische brasserie met terras.

[rev_slider alias=”expo-2020-al-wasl-plaza”]

 

Al Wasl Plaza

Met de paviljoens van Nederland, Duitsland en België hebben we slechts zo’n twee procent van de landenpresentaties besproken. Al die landenpaviljoens staan verspreid over de drie thematische districten Opportunity, Sustainability and Mobility. Elk district heeft ook nog zijn eigen – imposante – thema-paviljoen.
Dit alles is geposteerd rondom het centraal gelegen Al Wasl Plaza, een koepel met een diameter van 150 meter gevuld met fonteinen, watervallen, parken en met palmen omzoomde binnenplaatsen. Hier stromen de bezoekers binnen; de meeste aangevoerd door de speciale metrolijn, die een capaciteit heeft van 44.000 passagiers per uur.
De gemiddeld geprognotiseerde 175.000 bezoekers per dag kunnen vervolgens uitwaaieren over het expoterrein van 4,38 vierkante kilometer, oftewel ruim 610 voetbalvelden, om zo kennis te nemen van een grote diversiteit aan landen met hun collectieve duurzame doelstelling.