Beurzen in de lift, maar omzetdaling organisatoren zet door

De beurzensector lijkt in de lift te zitten want de meeste kerncijfers in de Monitor Beurzen 2025 laten een plus zien, vooral gedreven door het grotere aantal beurzen. Omgerekend naar gemiddelde per beurs worden de resultaten wat meer diffuus. Het uiteindelijke resultaat is een gemiddelde omzetdaling van meer dan 10 procent voor de beursorganisatoren.

De eerste resultaten van de beurzenmonitor over 2024 werden op donderdag 6 februari in de Koninklijke Jaarbeurs in Utrecht gepresenteerd. Lex Kruijver van onderzoeksbureau Respons, die de monitor jaarlijks samenstelt in opdracht van CLC-Vecta, benadrukte dat het hier om voorlopige cijfers gaat. Zo vroeg in het jaar zijn nog niet alle cijfers binnen, al verwacht hij geen grote verandering in de algemene tendensen.

Meer beurzen

Veel totalen eindigden vorig jaar hoger dan in 2023, maar pre-corona cijfers werden alleen gehaald bij het aantal vakbeurzen. In 2024 werden 207 vakbeurzen georganiseerd, 16 procent meer dan het voorgaande jaar en 4 procent meer dan in 2019. 

Ook werden 9 procent meer publieksbeurzen georganiseerd, wat het totaal bracht op 318. In 2019 waren dat er 361, oftewel 12 procent meer. 

Kijkend naar het gemiddeld aantal bezoekers deden vakbeurzen het in 2024 goed (+6 procent). Bij publieksbeurzen zette de daling van de afgelopen jaren verder door (-6 procent).

Vakbeurzen versus publieksbeurzen

Het aantal verhuurde vierkante meters standruimte per beurs nam vorig jaar voor het eerst weer toe: 4 procent bij vakbeurzen en 8 procent bij publieksbeurzen. Het aantal exposanten per beurs laat echter een sterk verschillende uitkomst zien. Na een sterke toename in 2023 lag gemiddelde exposantenaantal op een vakbeurs 10 procent lager. Bij publieksbeurzen steeg het gemiddelde aantal exposanten voor het tweede achtereenvolgende jaar met 3 procent.

De totale mediumbestedingen (voornamelijk standhuur) zijn in 2024 uitgekomen op 209 miljoen euro (+22 procent) voor vakbeurzen en 107 miljoen euro (+1 procent) voor publieksbeurzen. De mediumbestedingen per beurs lagen bij vakbeurzen 17 procent hoger en bij publieksbeurzen 7 procent lager. En in dezelfde lijn lag de omzet per exposant bij vakbeurzen 17 procent hoger en bij publieksbeurzen 11 procent lager.

Pijn bij beursorganisatoren

De pijn lag in 2024 vooral bij de beursorganisatoren. De omzet per organisator liep bij vakbeurzen 11 procent terug en bij publieksbeurzen 14 procent. De beurzenmonitor verzamelt geen data over de kosten, maar in de praktijk klinken toch vooral de verhalen over kostenstijgingen. 

Dit blijkt ook uit de antwoorden op de vraag aan organisatoren wat hun verwachtingen zijn voor 2025. Stijgende kosten - zowel voor inkoop als personeel - zijn hun grootste zorg voor volgend jaar. Ook is er twijfel over de aantallen exposanten en bezoekers.

Het positieve nieuws is volgens Kruijver dat op basis van het huidig aantal ingeplande beurzen voorzichtig valt te concluderen dat ook dit jaar weer meer beurzen georganiseerd zullen worden. Verder heeft 2024 laten zien dat er steeds weer nieuwe beurzen worden ontwikkeld zoals de vakbeurzen LabNL , Amsterdam Textile Show Fair, De Terrasbeurs en de Horeca Vakbeurs en de publieksbeurzen Euro Muscle Show, Oogbeurs, CreaDays en Expo Fuar.

Corona-effect duurt voort

Tijdens de discussie met de CLC-Vecta leden wordt naar voren gebracht dat het negatieve effect van de coronaperiode nog steeds merkbaar is. "Het vertrouwen in fysieke evenementen is flink beschadigd tijdens corona. Veel bedrijven vragen zich af: ‘Is een beurs nog het juiste medium voor mij?’ Zij hebben tijdens de pandemie juist gezocht naar andere kanalen, vooral online. Dus dat vertrouwen in livecommunicatie wordt nu weer langzaamaan weer opgebouwd."

Ook is onduidelijk wat het effect is geweest op de gebruikelijke verschillen tussen even en oneven jaren, veroorzaakt door tweejaarlijkse beurzen. Corona heeft hier en daar gezorgd voor verschuiving in de cyclus van beurzen met een meerjarige frequentie. Het enige dat Kruijver daarover kon zeggen is dat hij de indruk heeft dat de verschillen tussen even en oneven beursjaren wat zij genivelleerd.

Vooral een marketingprobleem

Een verklaring voor het enerzijds lagere aantal exposanten en anderzijds hogere mediumbestedingen op vakbeurzen kan volgens enkele leveranciers liggen aan het feit dat bedrijven bewust aan minder beurzen per jaar deelnemen, om beter uit te kunnen pakken op de beurzen waar ze nog wel staan.

Andere opmerkingen betreffen de teruggang bij met name publieksbeurzen. Dat wordt vooral gezien als een marketingprobleem. "Alleen de naam Huishoudbeurs al. Huishouden is al lang geen 'vak' meer." En "consumentenbeurzen moet veel meer de samenwerking zoeken met influencers. Als die laten zien hoe leuk een beurs is, dan komen de mensen wel."